Materialen kennis

Invloed van afzonderlijke elementenEigenschappen van diverse staalsoorten
AluminiumInzetstaal
KoolstofNitreerstaal
ChroomPoeder Metalurgisch Staal (PM)
KoperKarakteritieken Ferritisch en martensitisch roestvaststaal
MangaanKarakterestieken Austenitisch roestvaststaal
MolybdeenKarakteristieken Duplex roestvaststaal
ZuurstofDe belangrijkste eigenschappen van metalen
FosforTabel legeringselementen
Lood
Zwavel
Selenium
Silicium
Titaan

 

vonkproef

 

 

 

 

 

AfbeeldingkoolsofgehalteBeeldKleurbeeld
1.0,1% CEnkele lichtsporenFelgeel
2. 0,4% C Lichtspoorbundel dichter als afbeelding 1.Felgeel
3.1,1% CLichtspoorbundel dichter als afbeelding 2Felgeel
4.1,5% SiliciumLichtste deel korter en feller als 3Gelig wit
5. 2,0% Mangaan Beeld zoals bij afb. 1 tot 3v onkenbundel feller Felgeel
6.13% ChroomVonkenbundel korter en fijner Oranje
7.2,0% WolframVonkenbundel langer als bij 6 onderbroken donkerrode lijnen

 

Belangrijk!

De juiste staalsoort wordt niet alleen bepaald door de chemische samenstelling.
De bekende DIN, SAE en AISI etc. geven wel keurig de chemische samenstelling in procenten, maar houden de normen geen rekening met een aantal
karakteristieken als: homogeniteit, de aanwezigheid van onzuiverheden, de verdeling en de grootte van carbiden. Homogeniteit kan voor een gebruiker van belang zijn, denk aan brosheid, stabiliteit in de warmtebehandeling, verspaanbaarheid en poreusheid. Hoe minder homogeen een staalsoort is, hoe groter de kans op problemen. De onzuiverheden kunnen echter problemen geven zoals: sterk verminderde taaiheid en het risico van harde plekken tijdens het verspanen. De grootte van de carbiden is afhankelijk van de chemische analyse en het productieproces. Net als onzuiverheden zoals slakinsluiting kunnen de carbidengrootte van invloed zijn op het breukgedrag van gereedschappen. Gelijkmatig verdeelde carbiden, en grootte verdeeld in een metaalmatrix geeft de beste homogeniteit aan het materiaal. Ook een nauwere tolerantie van de legeringelementen zal zorg dragen voor een reproduceerbare materiaalkwaliteit. Dit resulteerd in voordelen zoals constante verspaningsparameters, en beperking van het aantal gereedschappen

Bron: Guhring:

De belangrijkste eigenschappen van metalen

Voor het fabriceren van onderdelen worden verschillende materialen gebruikt het ligt niet voor de hand om zomaar een willekeurig materiaal te gaan gebruiken al naar gelang de toepasbaarheid zal er rekening moeten worden met de eigenschappen van het te gebruiken materiaal.
Voor verschillende constructies worden veelal verscheidene materialen gebruikt het frame van een machine wordt bijvoorbeeld vervaardigd uit gietijzer terwijl de spindels, handwielen, klauwplaat e.d. uit verschillende staalsoorten en legeringen bestaan. Hierbij is het materiaal doelbewust gekozen met de eigenschappen die passen bij de eisen die hieraan worden gesteld.

We kunnen vier verschillende eigenschappen onderscheiden nl.

1. Mechanische eigenschappen
2. Chemische eigenschappen
3. Fysische eigenschappen
4. Technologische eigenschappen

Mechanische eigenschappen

Om een beeld te vormen van de treksterkte van een materiaal wordt het materiaal onderworpen aan de z.g trekproef hierbij wordt aan een staafje van 1 mm ² geleidelijk zoveel gewicht gehangen tot deze breekt. Breekt de staaf bij bijv. 40 kg dan noemt men de treksterkte 40kg/mm² oftewel 400 Newton mm² Heeft de staaf een diameter van 100mm² dan is de treksterkte van de staaf 100 x 40 = 400 hieruit blijkt dat de belastbaarheid van een materiaal afhankelijk is van de treksterkte per mm² vermenigvuldigd met de werkelijke oppervlakte.
Het materiaal kan ook op een andere manier worden belast maar in het algemeen kan men zeggen dat de treksterkte de maat is.

Mechanische eigenschappen

Om een beeld te vormen van de treksterkte van een materiaal wordt het materiaal onderworpen aan de z.g trekproef hierbij wordt aan een staafje van 1 mm ² geleidelijk zoveel gewicht gehangen tot deze breekt. Breekt de staaf bij bijv. 40 kg dan noemt men de treksterkte 40kg/mm² oftewel 400 Newton mm² Heeft de staaf een diameter van 100mm² dan is de treksterkte van de staaf 100 x 40 = 400 hieruit blijkt dat de belastbaarheid van een materiaal afhankelijk is van de treksterkte per mm² vermenigvuldigd met de werkelijke oppervlakte.
Het materiaal kan ook op een andere manier worden belast maar in het algemeen kan men zeggen dat de treksterkte de maat is.

Chemische eigenschappen

De eigenschappen van een materiaal worden bepaald door de stoffen waaruit een materiaal is opgebouwd.
Het koolstof gehalte bijvoorbeeld heeft bijzonder veel invloed op de eigenschappen van het materiaal om de eigenschappen van het materiaal aan te passen worden er bepaalde stoffen toegevoegd z.g. legeringen deze zijn van invloed op o.a. de bewerkbaarheid en de mechanische eigenschappen van het materiaal.

Fysische eigenschappen

De fysische eigenschappen hebben vooral betrekking op soortelijk gewicht, smeltpunt, geleidingsvermogen van warmte en elektriciteit en op de magnetische eigenschappen.

Technologische eigenschapen

Afhankelijk van het doel waarvoor het materiaal wordt ingezet is het mogelijk dat het materiaal een of meerdere van bovengenoemde eigenschappen bezit dit is van invloed op de bewerkbaarheid van het materiaal.

Invloed van de afzonderlijke elementen

Aluminium

Bij de staalbereiding wordt aluminium evenals silicium gebruikt als desoxidatiemiddel. Door grote affiniteit van A1 voor zuurstof wordt de oxidatie van andere legeringselementen voorkomen. Aluminium wordt aan staal toegevoegd niet alleen om zuurstof, maar ook om de in het staal aanwezige koolstof te binden. Daardoor is staal dat tevens met aluminium is gedesoxideerd veel minder gevoelig geworden voor veroudering. Aluminiumnitriden belemmeren de korrelgroei tijdens het normaalgloeien. Als legeringelement komt aluminium met een gehalte van ca 1% voor in nitreerstaal. Ook in ferritisch hittevast staal wordt aluminium als legeringselement toegepast (0,5-1,5 %); het staaloppervlak wordt daardoor vuurvast en het afbladderen van oxideschilfers wordt voorkomen.
Terug

Koolstof

Koolstof is een austenietvormend element. Zonder koolstof is staal niet hardbaar door afschrikken. Koolstof verhoogt de sterkte en de hardbaarheid. Het verlaagt de rek, de lasbaarheid en de bewerkbaarheid. Met ferrietvormende elementen vormt het carbiden, die dikwijls bepalend zijn voor speciale eigenschappen en daardoor voor de toepassing van een staallegering.
Terug

Chroom

Chroom is een ferrietvormend element. Het is een sterke carbidevormer. De carbiden maken het chroomhoudende staal slijtvast en geven het goede snijeigenschappen. Hoewel de sterkte van staal door legeren met chroom toeneemt, wordt de rek nauwelijks minder. Per procent chroom neemt de treksterkte 80-100N/mm2 toe, de elasticiteitsgrens gaat minder sterk omhoog; de kerfslagtaaiheid wordt verminderd. een staalsoort met tenminste 13 % Cr en vrijwel geen koolstof is roestvast omdat er een laagje chroomoxide op het staal wordt gevormd, waardoor het onderliggende staal van de lucht wordt afgesloten. Door naast chroom ook nikkel toe te voegen wordt austenitisch corrosievast staal verkregen, dat belangrijk betere corrosievaste eigenschappen heeft dan chroomstaal. Wegens het hechte laagje chroomoxide levert het legeren met chroom ook zeer goede hittevaste eigenschappen op. Voor invloed van chroom op mangaanstaal, zie onder mangaan.
Terug

Koper

Door legeren ,et circa 0,5% koper wordt staal beter bestand tegen atmosferische invloeden. Door koper wordt de verhouding elasticiteitsgrens-treksterkte vergroot evenals de doorhardbaarheid. de rek wordt kleiner. Bij warmvormgeving kan de aanwezigheid van koper leiden tot scheuren wegens roodbroosheid.
Terug

Mangaan

Mangaan wordt bij de staalfabricage gebruikt voor het ontzwavelen van het slaalbad, met als gevolg dat het vrijwel altijd in staal wordt aangetroffen. Het verhoogt de sterkte van staal. Mangaan is een austenietvormend element en vormt geen carbiden. zwavel wordt door mangaan gebonden tot mangaansulfiden, en daar de affiniteit (bindingneiging) van zwavel tot mangaan de blauwbrosheid, die een gevolg zou zijn van de aanwezigheid van ijzersulfiden. In automatenstaal zorgt mangaansulfide voor het breken van draaikrullen tot korte spanen. Mangaan verminderd sterk de kritische afkoelsnelheid, waardoor de doorhardingsdiepte aanmerkelijk wordt vergroot. de lasbaarheid wordt gunstig beïnvloed. De elasticiteitsgrens en treksterkte worden tot een gehalte van 5 % circa 100N/mm2 per procent mangaan verhoogd. deze aanzienlijke vergroting van de sterkte is een gevolg van:
– Roosterversteviging in het ferriet door het oplossen daarin van mangaan;
– Korrelverfijning van de ferriet;
– Vergroting van de perliethoeveelheid;
– Fijnere perlietlamellen.
Staal met meer dan 12 % mangaan is austenitisch en daarom erg taai. Onder een stotende en wrijvende belasting wordt het staaloppervlak door martensietvorming zeer sterk verstevigd, terwijl de kern taai blijft. Is er meer dan 18% mangaan in het staal, dan zal de austenietstructuur blijven bestaan, waardoor zo’n staalsoort onder geen enkele omstandigheid is te magnetiseren. Staal met 16-18 % Mn en 8-10 % Cr is zeer goed corrosievast en beslist niet ferromagnetisch.
Terug

Molybdeen

Molybdeen, dat een sterk carbidevormend element is, wordt als legeringselement altijd samen met andere legeringselementen toegepast. Toevoegingen van molybdeen vergroten de treksterkte vooral bij hogere temperatuur evenals de kruipsterkte. Molybdeen bevordert de carbidevorming en kan daardoor de fijnkorriligheid van staal beïnvloeden. In sneldraaistaal gelegeerd, verbeterd het de snijeigenschappen. In deze gevallen is de werking ongeveer gelijk aan die van wolfraam, waarbij geldt, dat één dee lmolybdeen dezelfde werking heeft als twee delen wolfraam. Molybdeen als legeringsbestanddeel in corrosievast chroom-nikkelstaal voorkomt putcorrosie als het staal in aanraking is met zuren en agressieve chemicaliën (vooral chloriden)
Terug

Zuurstof

Zuurstof komt in staal in gebonden vorm voor en is altijd schadelijk. Het verslechtert de mechanische eigenschappen, in het bijzonder de kerfslagwaarde. Het veroorzaakt brosheid door veroudering. Daarom wordt zuurstof met behulp van zuurstofbindende elementen bij staalbereiding zo grondig mogelijk verwijderd.
Terug

Fosfor

De aanwezigheid van fosfor is voor het staal nadelig, daar het staal daardoor koudbros wordt. In de verschillende normen zijn meestal maximale gehalten voor dit element voorgeschreven. Fosfor wordt toegepast in zg. weervast staal.
Terug

Lood

Lood is niet in staal oplosbaar. Het wordt toegevoegd aan automatenstaal in een hoeveelheid van 0,2 tot 0,5 %. Het lood is dan uiterst fijn in het staal gedispergeerd, waardoor het de mechanische eigenschappen niet nadelig beïnvloedt. Het staal wordt echter wel beter bewerkbaar. daar het de wrijving tussen staal en beitel verminderd, wordt de standlijn van de beitel verlengd en het bewerkte oppervlak gladder.
Terug

Zwavel

zwavel maakt staal roodbros en is daarom schadelijk. Evenals fosfor is in de verschillende normen het zwavelgehalte meestal gebonden aan een
maximale waarde van 0,2 tot 0,4 %. Het vormt samen met het aan staal toegevoegde mangaan, mangaansulfide-slak-insluitingen waarop de krul bij
verspanende bewerkingen in korte spanen breekt.
Terug

Selenium

De invloed van selenium in automatenstaal is ongeveer gelijk aan die van zwavel. Het heeft een iets grotere invloed op de bewerkbaarheid. Het wordt vooral toegepast in corrosievast automatenstaal, omdat het de corrosievastheid minder nadelig beinvloedt dan zwavel.
Terug

Silicium

Silicium is een ferrietvormend element. Reeds met een gehalte van 1,7 % is de austenietvorming volkomen onderdrukt. Silicium is altijd in staal aanwezig. Het is afkomstig uit het erts en uit de oven- of convertorbekleding. Silicium werkt bij de staalbereiding desoxiderend. Bij een gehalte van 0,50 % geldt het als legeringsbestanddeel, daaronder als bijmengsel. Door silicium wordt de verhouding van rekgrens tot treksterkte groter. Per procent silicium worden deze beide waarden met circa 100 N/mm2 vergroot, zodat de rekgrens relatief sterker stijgt dan de treksterkte. Daaromwerkt silicium gunstig op de elastische eigenschappen van staal bestemd voor veren. Silicium wordt ook toegepast in hittevast staal met een gehalte van 1-2 %, daar het de hittevastheid bevordert. Silicium heeft ook invloed op de elektrische en magnetische eigenschappen van staal. Het verlaagt de geleidbaarheid, coërcitieve veldsterkte en de wervelstroomverliezen, daarom worden ijzer-siliciumlegeringen toegepast als dynamo- en transformatorblik.
Terug

Titaan

Titaan heeft een grotere affiniteit tot zuurstof, stikstof, zwavel en koolstof. Daarom werkt het desoxyderend, bindt stikstof en zwavel en is een sterke carbidevormer. Het is daardoor een element dat bijzonder geschikt is als stabilisator is austenitisch corrosievast staal, het werkt korrelgroei remmend en het verhoogt de sterkte bij hoge temperatuur. In staal voor permanente magneten vind het toepassing daar het de coërcitieve veldsterkte vergroot.
Bovenstaande informatie is ontleend aan de publicatie van het Staalcentrum Nederland over gelegeerd staal.

Terug

Tabel legeringselementen

 

legeringen tabel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Pijlen naar boven = verhogend effect Pijlen naar beneden verlagend effect
Meer pijlen = sterkere werking
~ = ongeveer gelijkblijvend
– =niet karakteristiek of onbekend

Nitreerstaal

Nitreerstaal heeft ten opzichte van inzetstaal als groot voordeel, dat het door de invloed van de legeringelementen aluminium en chroom na het nitreren – bij een temperatuur van 500 – 520 °C – een zeer hoge oppervlaktehardheden bereikt en uitermate maatvast blijft.

Terug

De gelegeerde fijnkorrel staalsoorten met een zeer hoge trekvastheid zijn speciaal ontwikkeld voor zware belaste, lichte constructies, ook bij lage temperaturen – tot min 60 °C in te zetten. er zijn ook soorten met een hoge strekgrens om koud te vervormen. deze kwaliteiten worden in de regel voor sterk te vervormen delen gebruikt. Door de lage percentage koolstof, fosfor en zwavel zijn deze materialen bijzonder geschikt om te lassen.

Poeder metallurgisch staal ( PM )

Poeder metallurgisch staal heeft de eigenschap dat het materiaal vanaf de schil tot de kern dezelfde homogene structuur bezit. Het materiaal wordt als volgt verkregen: Het gesmolten basismateriaal wordt d.m.v. stikstof tot poeder verstoven waarna het verkregen poeder in een stalen ommanteling wordt geplaatst welke wordt afgesloten waarna het geheel koud isostatisch wordt geperst ( 400 MPa. ), daarna wordt het materiaal verwarmd tot 1150°C en vervolgens nogmaals isostatisch samengeperst ( 100 MPa )

 

 

Karakteritieken Ferritisch en martensitisch roestvaststaal
403Eenvoudig martensitisch roestvaststaaltype. bestandig tegen chloride-arm, neutraal, stromend water. Bestendig tegen een schone atmosfeer ( dus geen verzuring en/of chloriden ). Kan worden afgeschrikt in olie of lucht. Hardheid tot ca. 42 HRC. Hardt diep door ( immers hoog chroomgehalte ).Toepassingen: huishoudelijke artikelen ( met name messen ), assen, zuigerstangen, geweerlopen, etc.
405Vanwege aluminiumtoevoeging verbeterd oxidatiebestendigheid. Kan vanaf hogere temperatuur worden afgekoeld zonder dat er harding ( verbrossing ) van enige betekenis optreedt ( immers laag koolstof gehalte ). Vandaar met name geschikt voor toepassing bij hoge temperatuur. Toepassing; in de ovenbouw ( o.a. Rekken, manden en steunen ) en in de petrochemische industrie ( onderdelen in kraakinstallaties e.d. ).
409Eenvoudigste roestvaststaal type. bestand tegen chloridearm, neutraal , stromend water. bestendig tegen een schone atmosfeer ( dus geen verzuring en/of chloriden ).Toepassing: gevelbekleding binnen en in bijv. winkelcentra, huishoudelijke artikelen ( geen messen want het materiaal is niet hardbaar ).
410Als AISI 403. DIN 1.4006 heeft een lager koolstofgehalte en is daarmee niet geschikt voor harding, wel voor toepassingen bij hoge temperatuur.Toepassing: pompassen, bouten, schroeven, lagers, bestek, geweerlopen, kleppen, etc.
410 SLaagkoolstofhoudende versie van AISI 410. Daardoor niet hardbaar, beter lasbaar en beter geschikt voor toepassing op een hoge temperatuur ( minder verbrossingsverschijnselen ). Toepassing: wandbekleding ( binnen ), huishoudelijke artikelen, lagers, pompassen, etc.
416Door zwaveltoevoeging verspaanbare versie van AISI 410. Toepassingen: als AISI 410, vooral voor serie draai en freeswerk.
420Hoog koolstofhoudend martensitisch roestvaststaal. hoge hardbaarheid is haalbaar. Toepassingen: bestek ( messen ), messen in keuken machines ( groentenhakkers e.d. ), chirurgische instrumenten, pompassen, lagers, etc.
422Martenitisch roestvaststaal. Dankzij vanadium, molybdeen en wolfram toevoeging, nog goede mechanische eigenschappen tot 650° C. Goede sterkte, goede slijtvastheid en redelijke taaiheid. Toepassingen: in stoomturbines ( schoepen e.d. ) en in de ovenbouw.
430Niet hardbaar ferritisch roestvaststaal. voor algemene doeleinden. Bestand tegen chloridearm, neutraal, stromend wateren en tegen een schone atmosfeer. Tevens goede oxidatiebestendigheid bij hoge temperatuur. Toepassingen: wandbekleding
( binnen ), in niet te agressieve atmosfeer: gevelbekleding, onderdelen in vaatwassers, horeca attributen, salpeterzuurtanks, in de ovenbouw, verbrandingskamers.
430 FBeter verspaanbare versie van AISI 430.
430 TiMet titaan gestabiliseerde versie van 430. Daardoor behoud van ( interkristallijne ) corrosieweerstand na het lassen.
434Ferritisch roestvaststaal type met hoger chroomgehalte en molybdeen toevoeging. Hierdoor betere corrosieweerstand, met name tegen chloriden. bij afwisseling van schoon en vuil en/of nat en droog bestand tegen hoog chloridenhoudende milieus als pekel. Toepassingen: autocarrosserie onderdelen, gevelbekleding, etc.
440 BMartenitisch roestvaststaal. Beter hardbaar dan 420. Bezit goede corrosieweerstand, vooral in geharde en ontlaten toestand. Geschikt voor getrapt harden. Slecht verspaanbaar. Toepassingen: stoterstangen, pompassen, vliegtuigonderdelen, etc.
440 FBeter verspaanbare versie van 440 B.
440 CHoog koolstofgehalte. bezit van alle martensitisch roestvaststaal typen de hoogste hardheid. Toepassing klepdelen, slijtstukken van pompen, kogels, lagers, etc.
Karakterestieken Austenitisch roestvaststaal
201Mangaangelegeerde austenitisch roestvaststaal. Legering die als austenietvormer grotendeels mangaan bevat ( als vervanger voor nikkel ). Dergelijke legeringen zijn met name om politieke redenen ontstaan. nikkel is een z.g. strategisch element, mangaan niet. Tijdens de tweede wereldoorlog en de Koreacrisis zijnn deze legeringentoegepast met mangaan las vervanger voor het schaarse nikkel. Momenteel worden de mangaangelegeerde roestvaststaal typen niet veel toegepast. Ze zijn nog wel als bulkmateriaal te krijgen en kunnen dan goedkoper zijn dan de nikkelgelegeerde ausenitische rvs-typen. Het corrosiegedrag is te vergelijken met dat van rvs AISI 302 ( dus iets minder dan dat van AISI304 ). tegenwoordig komen de mangaangelegeerde roestvaststaal typen weer meer in de belangstelling. Een toepassingsgebied van dit rvs type is de productie van drukvaten voor opslag van vloeibare gassen (cryogene toepassingen ). Door de sterke versteviging is het materiaal moeilijk te bewerken. Toepassingen: cryogene toepassingen, "bulk" roestvaststaal ( o.a. lichtmasten, strip en plaatmateriaal ), keukenmateriaal, automobielindustrie ( carrosserieonderdelen ), spoorwagons, etc.
202Als AISI 201
301Heeft evenals hierna de volgende austinitische roestvaststaal typen nikkel als austenietvormer. Wordt toegepast onder licht corrosieve omstandigheden. door koude vervorming kan een hoge sterkte worden bereikt. In zachtgegloeide toestand is dit materiaal niet magnetisch, in koud vervormde toestand is het licht magnetisch. Toepassingen: vliegtuigonderdelen, automobiel en spoorwegindustrie ( carrosseriedelen ), lichtmasten, autowieldoppen, bevestigingsmaterialen, pannen, bestek ( geen messen vanwege geringe hardheid ), etc.
302Staaltype dat het meest voorkomt met z.g. 18-8 staal. Iets betere corrosieweerstand dan AISI 301, iets minder dan AISI 304. Toepassingen: Als AISI 301.
303Dankzij zwaveltoevoeging is dit een betere versie van rvs AISI 302. Iets mindere corrosieweerstand. Toepassingen: oderdelen waarvan veel verspaand moet worden.
304Meest toegepaste roestvaststaal type. Voor algemene doeleinden. In zacht gegloeide toestand niet magnetisch, in koud vervormde wel. Lager koolstofgehalte als voorgaande types, daardoor minder gevoelig voor uitscheiden van carbiden tijdens het lassen. Toepassingen: zeer algemeen toegepast in de voedingsmiddelen en procesindustrie ( leidingen, vaten, tanks, flenzen,etc. ), bevestigings artikelen, huidhoudelijke artikelen, in de bouw ( gevelbekleding , hang en sluitwerk ), pomponderdelen, etc.
304 HAls 304, echter iets ruimere marges in chemische samenstelling.
304 LVanwege zeer laag koolstofgehalte ongevoelig voor uitscheiding van carbiden tijdens het lassen. Toepassingen: als 304, echter met name die toepassingen waarbij moet worden gelast en gevreesd wordt voor interkristallijne corrosie ( leidingen en tanks, etc. ).
304 LNDoor stikstoftoevoeging betere mechanische eigenschappen. Stikstof vervangt koolstof.
308Hoger chroom en nikkelgehalte. is beter corrosiebestendig dan 304. Ook goede hittebestendigheid. Toepassingen: als electrodemateriaal voor lassen van 304, vindt ook toepassing als hittebestendig staal in de ovenbouw.
309Goede corrosieweerstand en goede hittebestendigheid. wordt voornamelijk gebruikt als hittebestendig staal. Tussen 600 en 800 ° C kan verbrossing optreden ( = carbidevorming ). Deze legering mag dus niet continu op deze temperatuur blijven. De verbrossing kan worden opgeheven door 1-2 uur gloeien op 950 - 1000 ° C. Toepassingen: In de ovenbouw, verwarmingselementen, pomponderdelen, warmtewisselaars, etc.
309 SLaag koolstofhoudende versie van 309. Minder gevoelig voor verbrossing en voor laswerk.
310Betere hittebestendigheid en corrosieweerstand dan 309.Tussen 600 en 800 °C kan verbrossing optreden. Deze legering mag dus niet continu op deze temperatuur blijven. Indien verbrossing ongewenst is. de verbrossing kan worden opgeheven door 1-2 gloeien op 950 - 1000 °C Toepassingen: verbrandingskamers, ovenonderdelen, warmtewisselaars, gasturbineonderdelen, etc.
310 SLaag koolstofhoudende versie van 310. Minder gevoelig voor verbrossing en beter geschikt om gelast te worden. Toepassingen: voor toepassingen in het temperatuurgebied 600-800 ° C en voor laswerk.
314Zeer goed hittebestendigheid en goede corrosieweerstand. Veel meer toegepast als hittebestendig dan als corrosievast staal. Koolstofuitscheiding op de korrelgrenzen tussen 650 en 820 ° C. Kan worden opgeheven door legering te gloeien op 980-1049 ° C. Toepassingen als 310.
316Aanzienlijk betere corrosieweerstand dan de voorgaande rvs typen ( niet betere hittebestendigheid dan 308 t/m 314, wel goede kruipvastheid ), ook aanzienlijk duurder. AISI 316, AISI 304 en hun bijbehorende sublegeringen ( als 304L, 316 Ti, etc. ) zijn de meest gebruikte roestvaststaal legeringen ( ongeveer 90% van de roestvaststaalmarkt. ) AISI 316 wint langzaam maar zeker terrein t.o.v. AISI 304. AISI 316 is bestendig tegen stromend zuurstofrijk zeewater en zwavelzuur met niet te hoge concentratie en tempersturen. Toepassingen: algemeen waar rvs AISI 304 niet voldoende corrosiebestendig is. In de chemische industrie, voedingsmiddelen industrie, papierindustrie, enz.
316 CbAISI 316 type wat is gestabiliseerd met niobium hierdoor behoud van corrosieweerstand na het lassen. Europees Nb Amerikaans Cb.
316 FDankzij hoger zwavelgehalte beter verspaanbaar dan 316. Iets minder corrosiebestendig. Toepassing: voor serie draai en freeswerk.
316 HVersie van 316 met ruimere marges in chemische samenstelling.
316 LLaag koolstofhoudende versie van 316. Hierdoor geen carbide-uitscheiding tijdens het lassen waardoor geen kristallijne corrosie ontstaat langs de las. Toepassing: laswerk.
316 LN Als 316L, echter met betere mechanische eigenschapen. Het lage koolstofgehalte wordt gecompenseerd door stikstoftoevoeging. Toepassingen: indien naast corrosiebestendigheid en goede lasbaarheid een hoge treksterkte is vereist.
316 TiAls 316 Cb, echter gestabiliseerd met titaan i.p.v. niobium. De gestabiliseerde rvs-typen zijn sterker dan de "L" typen, wel zijn ze iets minder corrosiebestendig. Indien goede corrosieweerstand en een hoge sterkte gewenst is, geven de "LN" legeringen de beste resultaten.
317Dankzij hoger molybdeen, chroom en nikkelgehalte betere corrosiebestendigheid dan AISI 316. Ook duurder. Kan bijv. chloriden en zwavelzuur beter verdragen dan AISI 316.
317 LDankzij laag koolstofgehalte lasbare versie van 317.
321Met titaan gestabiliseerde versie van 304. Daardoor beter lasbaar.
347Met niobum en tantaal gestabiliseerde versie van 304. Daardoor beter lasbaar. AISI 321 en 347 zijn sterker dan AISI 304 L maar ook iets minder corrosie bestendig.
348Als 347, echter met beperkt niobum en tantaalgehalte Toepassingen: onder radioaktieve omstandigheden.
DIN 1.453Zeer goede corrosieweerstand ( zgn. "superausteniet"). Van alle roestvaststaallegeringen hebben deze legeringen de beste weerstand tegen zwavelzuur, zoutzuur, fosforzuur en vele zouten bij hoge temperatuur. Tevens goede spanningscorrosiebestendigheid. Toepassingen: leidingen ( voor zuren ), vaten, warmtewisselaars, etc. Ook veel zeewatertoepassingen ( zeewater met hoge temperatuur en/of laag zuurstofgehalte en/of met waterstofsulfide).
Karakteristieken Duplex roestvaststaal
DIN 1.4460Combinatie van hoge sterkte, met name rekgrens ( t.o.v. de austenitische roestvaststalen ) en goede corrosieweerstand in chloridehoudende milieus bij hogere temperatuur ( met name spanningscorrosieweerstand ). ook goede weerstand in koolzuur en waterstofsulfide houdende milieus. Toepassingen: bij de gas en oliewinning, in maritieme milieus, e.d. ( vooral transportleidingen ).
DIN 1.4462Als 1.4460 echter lager koolstofgehalte en daardoor beter lasbar. Iets betere corrosieweerstand tegen pitting.
AISI 329Als DIN 1.4460.

 

Contact

Van Haersoltelaan 25
8325 ET Vollenhove
mail@verspanersforum.nl
06-12 549 159

Accreditatie

logo-registerleraar

Menu